Depressie bij ouderen

Somberheid bij ouderen komt veel voor.

Een ernstig sombere stemming of sterk verminderde interesse kunnen duiden op een depressie. Depressie is een ziekte en geen gebrek aan wilskracht of pit. Bij ouderen komt vooral een lichte depressie vaak voor. Eén van de oorzaken van een depressie bij ouderen kan het gebruik van bepaalde medicatie zijn.

Een depressie wordt bij ouderen vaak niet herkend. Dit komt omdat de klachten aan de leeftijd worden toegeschreven of andere symptomen op de voorgrond staan zoals verslaving of eenzaamheid. Bovendien zijn ouderen niet gewend over psychische problemen te praten. Hierdoor krijgen ouderen niet altijd de juiste hulp.

Een depressie wordt  het  in verband gebracht met een  veranderde stemming. Maar juist bij oudere is deze minder prominent en is er vooral een verlies aan interesse en levenslust.  Ouderen met een depressie presenteren zich bij de huisarts ook vaak met (onverklaarde) lichamelijke klachten.  Bij ouderen is er daarnaast vaak sprake van concentratieproblemen, vergeetachtigheid en besluiteloosheid, gestoorde slaap (moeite met inslapen of doorslapen), lusteloosheid/prikkelbaarheid en gebrek aan eetlust of juist meer eten dan gewoonlijk. Een depressie kan spontaan optreden of ontstaan als gevolg van een lichamelijke (hypothyreoïdie, medicatie, hartlijden), sociale (overlijden, gedwongen verhuizing) of psychische factor (persoonlijkheid). Ook een combinatie van deze factoren is mogelijk.

Een depressie is over het algemeen goed te behandelen zowel met medicatie als met behulp van gesprekken, of een combinatie van beiden.  Na een geprotocolleerde antidepressieve behandeling reageert zo’n  80% van de ouderen uiteindelijk gunstig op een behandeling met medicijnen. Ook bij een ernstige (en chronische) depressie is praten met een hulpverlener belangrijk. Vaak werkt de combinatie praten – pillen goed – ook om eventuele terugval na het stoppen met medicijnen tegen te gaan.

terug naar Verwijzer